Brood vol zonnekracht
Brood van bakkerij Het Zonnelied. In veel natuurvoedingswinkels is het een begrip. Omdat het zo lekker is. Maar ook vanwege het bijzondere verhaal.
De bakkerij staat op boerderij Zonnehoeve en wordt omringd door de akkers waar het baktarwe groeit. Het meel wordt gemalen op windenergie. De zemelen die overblijven zijn voor de koeien en paarden.
Tarweoogst
Het is zeven uur 's avonds. Het is een hete zomerdag geweest en de laagstaande zon kleurt het graanveld goudgeel. Het tropische zomerweer is ideaal voor de tarweoogst en Piet van IJzendoorn, oprichter van Zonnehoeve, zit al vanaf het begin van de middag op de combine. De reusachtige machine slokt de ranke aren aan de voorkant naar binnen: de tarwekorrels komen in de laadbak terecht en achter de machine wordt het stro in keurige rijtjes uitgespuugd. Piet zit van top tot teen onder een dikke laag bruin stof. Het combinen produceert niet alleen veel herrie maar ook enorme stofwolken. De tarweoogst is het boerenlandwerk dat Piet nog graag zelf doet. De rest van de tijd houdt hij zich voornamelijk bezig met de zorgtak en het managen van het bedrijf. Met 15 medewerkers en 18 zorgvragers heeft hij daar zijn handen aan vol.
15 duizend broden
“Mooi stro”, zegt Teka enthousiast. Hij is de melkveehouder op Zonnehoeve en zal het stro de komende winter gaan gebruiken in de potstal. Teka komt even kijken hoe het met de tarweoogst gaat. Opeens zet Piet de machine stil. Teka schiet hem te hulp en trekt een stokje voor de combine weg. Teka: “Dit is een markering. De halve hectare tarwe tussen de stokjes is een ander ras en gaan we morgen apart oogsten. Dat wordt het zaaizaad voor volgend jaar.” Met de halve hectare zaaizaad wordt in de lente weer 13 hectare ingezaaid. Een hectare (10.000 vierkante meter) heeft 200 kilo zaad nodig en levert 6.000 kilo baktarwe op. Bakkerij Het Zonnelied kan daar 15 duizend broden (1,5 broden per vierkante meter graanteelt) mee bakken. De bakkerij en veehouderij kunnen voor een kwart op de eigen oogst draaien. De overige driekwart van het tarwe en stro wordt bij boeren uit de buurt aangekocht. In ruil daarvoor ontvangen deze boeren potstalmest van Zonnehoeve zodat de totale kringloop zo goed mogelijk gesloten blijft.
Zon
Piet spreekt liever van een 'positieve spiraal' dan van een kringloop. “Want als we de zon via de planten goed benutten, kunnen we de aarde rijker maken”, aldus Piet. “Als we de aarde voeden, zal er ook meer dan voldoende voedsel zijn voor de mens. Voor onze akkers is graanteelt samen met grasklaver en koeienmest de motor voor bodemvruchtbaarheid. Boven de grond zijn de tarwe-aren 1,30 meter hoog maar onder de grond groeit er net zoveel. Het intensieve wortelstelsel zorgt voor een goede bodemstructuur en het stro is de basis voor vaste potstalmest. Grasklaver – wat het basisvoedsel voor de koeien is – bindt stikstof uit de lucht in de bodem; stikstof is een essentiële voedingsstof voor planten. Zo ontwikkelen we een rijke bodem waar we uien, bieten, aardappels en alle andere gewassen op kunnen verbouwen. Het brood, vlees en de melk krijgen we eigenlijk cadeau.”
20 luizen
Sinds de oprichting – nu 27 jaar geleden – is Zonnehoeve uitgegroeid van een kale poldervlakte tot een bruisend bedrijf met veeteelt, akkerbouw, een graanmolen, bakkerij, zorg en een paardenpension. Alle bedrijfsonderdelen grijpen als schakels in elkaar. Zelfs de zemelen, een bijproduct van het lemairemeel, gaan naar de koeien en paarden. “Dat is voor mij Demeter”, zegt Piet. “De bedrijfsonderdelen vormen samen een autonoom systeem, dat zichzelf verbetert en gezond houdt. Problemen zijn nodig om het systeem sterk te houden. In de graanteelt bijvoorbeeld zijn er altijd luizen in de aren aanwezig. Dat moet ook. Daardoor staan de natuurlijke vijanden paraat en zullen ze een exces voorkomen. In de gangbare landbouw is 20 luizen per aar de tolerantie-grens: daarboven ga je spuiten. Bij ons zorgt het natuurlijke systeem ervoor dat het er nooit 20 worden.”
Dirigent
Preparaten zijn voor Zonnehoeve hulpmiddelen om het bedrijfssysteem te ondersteunen. “Als je geen aandacht aan de eigenheid van je bedrijf besteed, zijn preparaten onzin,” aldus Piet. “Landbouw is geen recept. Het vraagt om creativiteit en vertrouwen om te voelen, te horen, te ruiken en te zien wat je bedrijf nodig heeft. De boeken en literatuur – de intellectuele bagage – kunnen je waarnemingen ondersteunen. Ik heb het vertrouwen dat in de natuur altijd de oplossing te vinden is. Met creativiteit bedoel ik ook tegen de stroom in durven gaan, zoals kalfjes bij de koe laten waardoor je melkopbrengst misschien lager wordt. Een biologisch-dynamische boer denkt vanuit levensprocessen en niet vanuit kilo's opbrengst. Hij is een dirigent die de tonen – die in de natuur en op zijn bedrijf aanwezig zijn – harmonieus kan laten samenklinken.”
Bron: Dynamisch Perspectief
Tekst: Annelijn Steenbruggen